Postnatale depressie blijft bij vier van de tien moeders aanhouden

Vier op de tien moeders die kampen met een postnatale depressie blijven zich ook op lange termijn neerslachtig voelen. Dat blijkt uit een reviewstudie van de Onderzoekgroep Klinische Psychologie. De studie weerlegt de opvatting dat de depressie bij de meeste moeders een half jaar na de geboorte verdwijnt.

Jonge alleenstaande moeders lopen meer risico op een aanslepende depressie.
Ongeveer 13% van de pas bevallen vrouwen krijgt te kampen met een postnatale depressie. Ze voelen zich gedurende een aantal weken droevig, zijn prikkelbaar, hebben een laag zelfbeeld en beleven geen plezier meer aan hun baby en hun leven. Algemeen wordt aangenomen dat kersverse mama’s die een depressie doormaken, zich drie tot zes maanden na de geboorte weer beter voelen. Maar het onderzoek van de Onderzoekgroep Klinische Psychologie spreekt dat nu tegen. Sara Casalin, postdoctoraal onderzoeker binnen de Onderzoeksgroep Klinische Psychologie: “In de praktijk stelden we vast dat een groot deel van de moeders blijft sukkelen met hun depressie. We wilden nagaan of het bestaande onderzoek dat ook bevestigt. ”De onderzoekers maakten een analyse van 23 studies over het verloop van postnatale depressie, gepubliceerd tussen 1985 en 2012. “De studies bevestigen onze vermoedens”, zegt Sara Casalin. “Gemiddeld genomen blijft 38% van de mama’s zich op lange termijn slecht voelen, tot een jaar na de geboorte of zelfs langer.”
Risicofactoren

Het onderzoeksteam ging ook na welke risicofactoren ervoor kunnen zorgen dat een postnatale depressie chronisch wordt. “Zo heeft een jonge alleenstaande moeder bijvoorbeeld meer kans dat de depressie blijft aanslepen. Maar ook factoren zoals een laag inkomen, een slechte partnerrelatie en een depressief verleden, en vooral de opeenstapeling van meerdere risicofactoren, spelen een grote rol”, zegt Sara Casalin.

“Deze onderzoeksresultaten kunnen wel degelijk een verschil maken in de behandeling van postnatale depressie”, gaat Casalin verder. “Hulpverleners kunnen moeders en vaders nu juister informeren en zowel hen als hun jonge kind meer gepast begeleiden en helpen met hun probleem.”

De studie van Dr. Sara Casalin, professor Dr. Nicole Vliegen en professor Dr. Patrick Luyten werd gepubliceerd in de ‘Harvard Review of Psychiatry’. Klik hier voor een artikel over het onderzoek op de Amerikaanse nieuwswebsite The Huffington Post. 

Bron: Kuleuven.be 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *