Tussen 2011 en 2013 hebben ruim 100.000 patiënten minder gebruik gemaakt van de specialistische ggz. Dit blijkt uit het Sectorrapport ggz 2013 dat door GGZ Nederland is uitgebracht.
De afname van een ruime 800.000 naar 700.000 kan verklaard worden door het beleid om meer ambulant en minder klinisch te behandelen, korter en zoveel mogelijk in de eerste lijn. Maar ook striktere zorginkoop, de verhoging van het eigen risico en de invoering van de eigen bijdrage in 2012 hebben een rol gespeeld.
De kosten in de gespecialiseerde ggz zijn gedaald. De totale kosten van de ggz blijven ruim binnen de door overheid gestelde kaders en groeien veel minder dan veel andere sectoren in de zorg.
Uit de daling van het aantal patiënten in de specialistische ggz blijk dat de sector tussen 2011 en 2013 al behoorlijk in verandering was. Ondertussen zijn ook de transities en transformaties ingezet. De afbouw van bedden in de ggz verloopt voortvarend, maar de opbouw van de ambulante zorg blijft nog achter.
De groep patiënten die zorg krijgt in de specialistische ggz heeft een andere samenstelling dan voorheen: gemiddeld gaat het om zwaardere problematiek en is er intensievere zorg nodig. Er is in de eerstelijns ggz sprake van een afname van het gemiddeld aantal consulten en de duur van de behandeling, maar het is voor GGZ Nederland nog niet duidelijk in hoeverre de eerste lijn de daling van het aantal patiënten in de specialistische ggz heeft opgevangen. Het is ook mogelijk dat mensen zorg hebben uitgesteld als gevolg van het toegenomen eigen risico of op een wachtlijst zijn gekomen als niet voldoende zorg is ingekocht.
In het afgelopen jaar is regelmatig door veel organisaties gewezen op een toename van het aantal meldingen van verwarde personen. Voor GGZ Nederland is dit, naast de afname van 100.00 patiënten, aanleiding om beter inzicht te krijgen in de effecten van de vele transities en transformaties van de afgelopen tijd. Het is van belang dat mensen die zorg nodig hebben niet uit beeld verdwijnen. Zodat wie zorg nodig heeft ook echt op tijd passende zorg kan ontvangen.
Jacobine Geel, voorzitter GGZ Nederland: “De uitkomsten van het sectorrapport leveren ons huiswerk op: de ontwikkelingen in de ggz betekenen iets voor de patiënt, de medewerkers en de ggz instellingen. De komende tijd moeten we deze effecten in kaart brengen en conclusies trekken over de rol en de mogelijkheden van de ggz.”
In een bericht op GGZ Connect over het Sectorrapport ggz 2013 wordt verwezen naar enkele onlangs uitgekomen rapporten, waarmee de cijfers in het licht van recente ontwikkelingen worden geplaatst.